Huis

IMG_2928

‘Wie vaak verhuist kent de diepgaande verbazing in steeds andere ruimten opnieuw zichzelf te zijn en niet een ander te worden’, schreef Anneke Brassinga in Hapschaar, een prachtig boek dat verscheen in het jaar dat ik naar Gent verhuisde (1998). ‘Wie honkvast is begrijpt niet dat wonen een leergang is. Afscheid nemen, pathetisch gezegd, laten varen alle hoop op geborgenheid die verder gaat dan een minimum aan lichamelijke beschutting’. ‘Maar wat is dat minimum?’, dacht ik toen ik de immense stapel dozen overzag die de firma Schollaert van een buitenwijk van Gent naar de Gentse stationsbuurt moest verschepen. Dertien uur zijn ze ermee bezig geweest, natuurlijk ook omdat de maatregelen in verband met het coronavirus ons verhinderden vrienden in te schakelen, en wijzelf omwille van diezelfde maatregelen niet mochten meehelpen — alleen wijzen. ‘Zet u het daar maar neer’. ‘Ja sorry, maar kunt u die piano nog één keertje optillen en tien centimeter naar rechts verschuiven?’ Ik moest denken aan een verhaal dat over Claus wordt verteld. Die zou tijdens één van zijn laatste verhuizingen in Zuid-Frankrijk rustig op zijn werkkamer zijn blijven zitten schrijven, totdat aan het eind van de dag de verhuizers aan zijn deur klopten: ‘Monsieur Claus…?’ Claus zou vervolgens naar zijn nieuwe huis gereden zijn, in zijn werkkamer inmiddels zijn werktafel aangetroffen hebben, en weer verder geschreven hebben. Niet dat er zich hier iets heeft afgespeeld wat er ook maar bij benadering op lijkt, maar wijzen en dirigeren zonder zelf een vinger uit te steken, dat gaat me toch slecht af.

Ik merk altijd dat ik me in den vreemde onmiddellijk inricht. Als ik ergens tijdelijk verblijf, zoals afgelopen najaar in Berlijn, dan stel ik me altijd voor wat het zou betekenen om nooit meer weg te gaan. Ik stelde in Berlijn vast dat een tweekamerappartement me helemaal niet afschrikt, ook al blijken wij huisraad te hebben die niet eens in twee verhuiswagens past. Het kan dus niet zo zijn dat ik per se al onze huisraad nodig heb om aan dat minimum te raken. Een feit blijft dat ik na een verhuizing pas tot rust kom op het moment dat de boeken weer in de boekenkast staan. Daarbij is de hoeveelheid niet een absoluut gegeven, denk ik. De boeken hier in huis passen niet in een tweekamerappartement — maar ook daar zou de rust weerkeren wanneer het aantal boeken dat er wel inpast op zijn plek staat.

Maar het gaat ook niet om de boeken, weet ik. Het gaat om die bijna instinctieve neiging me in te richten, om de (relatieve) veiligheid van een plek, een plek waar men niets op zijn huid bespeurt wat men niet wil — om Améry te parafraseren. Een plek waar men vaststelt opnieuw zichzelf te zijn, kortom. En dat betekent in mijn geval vooral dat ik niet tegen de gedachte zou kunnen dat het om een tijdelijke verblijfplaats gaat. Dat klinkt merkwaardig voor iemand die juist voor de vijftiende keer in zijn leven verhuisde. Maar het is niet met elkaar in tegenspraak. Voor zover verhuizing niet is ingegeven door één of andere externe noodzaak, werkgerelateerd of anderszins — vervolging, oorlog, honger, natuurlijk, maar ook een relatie die stukgelopen is, financiële zorgen, ouderdom — lijkt ze vooral ook te maken te hebben met zoeken naar Hét Huis, de ultieme woonst (en dat is het eigen vege lijf, zou Brassinga zeggen). De ware verhuizer is vervuld van heimwee.

Thuis is waar men blijft. Ik heb geen goede reputatie op dat vlak. Blijven is in het licht van onze sterfelijkheid een haast metafysisch gebeuren. Ik maakte gisteren, met inachtneming van alle geldende regels, een lange wandeling met RH. Tot mijn verrassing zei hij op een zeker moment dat er nog één boek is dat hij zeker wil vertalen voordat hij ermee ophoudt. Het is waar, we zijn jonge zestigers (enfin, ik bijna), maar ophouden? Het gevoel dat alles nog moet beginnen, heeft me nooit werkelijk verlaten, al moet ik toegeven dat ik met name de laatste jaren beter mijn best moet doen om de tekenen te negeren die zeggen dat er van beginnen allang geen sprake meer kan zijn. ‘Mortem odi ergo sum’, ik zeg het Canetti na, met ongeveer hetzelfde besef van de dwaasheid ervan. Er zijn in mijn leven immers doden genoeg die de hulpeloosheid en vergeefsheid van die haat bewijzen, maar het gaat natuurlijk om de strijd tegen de hulpeloosheid en vergeefsheid. Niet capituleren. Niets is het laatste: niet ‘het laatste boek’ (of ‘de laatste vertaling’), niet ‘het laatste huis’, niet ‘het niets’. Juist dat is de ware aard van heimwee: de zucht naar wat blijft, eeuwig thuis is, veilig.

We stelden grijnzend vast dat ik daarom zoveel huisraad heb. Er staan hier opnieuw kasten vol boeken waarmee ik nog iets denk te moeten, ook al zegt het verstand dat ik met die boeken nooit meer iets zal doen. Simpel tellen zou al volstaan; ik krijg ze niet meer gelezen. Daarover schrijft Canetti ook (in Het boek tegen de dood;  de vertaling door Rita van Hengel verscheen in 2016 bij de Arbeiderspers): dat hij een bibliotheek heeft opgebouwd waarmee hij nog 300 jaar toe kan — ‘alles wat ik nu nog nodig heb zijn die jaren’. Ik sleep van huis naar huis steeds meer boeken mee, en dus steeds meer boekenkasten. Bijna honderdvijftig bananendozen vol, deze keer. En dat allemaal omdat ik weiger te sterven.

Met logica bereik je bij mij niets — het is een uitspraak die ik ooit hoorde uit de mond van een personage in de tv-serie Fame, een wat humeurige professor met een witte baard, gespeeld door Benjamin Shorofsky. Ik gebruik haar vaak.

 

Een gedachte over “Huis

  1. Verhuizen. Elk huis een nieuw begin, met oude boeken, oude spullen in een andere jas. Een jas die zich eerst nog niet voegen wil naar je lijf. Wat je dwingt om anders naar die oude spullen te kijken en ze een andere plek in je bestaan te geven. Tot je zo oud wordt dat men je verhuist en de spullen weer op dezelfde manier plaatst, zodat je kunt onthouden dat je hier thuis bent.

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s