The Times They Are A-Changin’

(gepubliceerd in de Standaard van 26 maart)

screenshot_288

Ik begrijp de ontzetting niet over de steile opgang van Forum voor Democratie in Nederland. Alsof men het niet had zien aankomen. De politieke klasse is al decennialang blind en doof voor de paradox die schuilt in hun verheerlijking van het, vooral economisch begrepen liberale gedachtengoed. Het is bijna ironisch dat de man die begin jaren negentig met zijn boek Het einde van de geschiedenis beweerde dat de ideologische strijd gestreden was, zich vandaag de dag in een nieuw boek (Identiteit) in allerlei bochten wringt om de idiotie van zijn eerdere stellingen hoog te houden en tegelijkertijd voor identiteitspolitiek te pleiten, voor nationale identiteit zelfs — al bedoelt hij er (natuurlijk) iets anders mee dan crypto-fascisten als Baudet, die blijkbaar voor zoveel burgers weer aantrekkelijk zijn geworden.

Ik begreep in de jaren negentig al niet waarom die Fukuyama zo de lucht in werd gestoken. Dat sommige politici er achteraan liepen — inclusief diegenen die op grond van hun ideologische achtergrond Fukuyama hadden moeten weghonen — was nog tot daaraan toe (ook al is het de directe oorzaak voor de implosie van de sociaal-democratie), maar dat ook de intellectuele elite zich massaal bekende tot ‘het einde van de geschiedenis’, ik vond het raadselachtig zelfdestructief. Misschien, zo heb ik wel eens gedacht, was ‘het einde van de geschiedenis’ voor veel intellectuelen zoiets als een religieus renouveau: eindelijk weer een absolute waarheid die naar de vorm niets weg had van religieus denken, maar toch alle fundamentele twijfel wegnam. Voortaan kon je pragmatisch zijn. Sloterdijk had het begin van de jaren tachtig overigens al gezegd in zijn Kritik der zynischen Vernunft: dat de geschiedenis van de ontmaskering van de grote verhalen uiteindelijk uitloopt op de cul-de-sac van het cynisme. Het is moeilijk om tegelijkertijd te erkennen dat de grote verhalen hebben afgedaan, én in te zien dat we er zonder verhalen niet komen. (Het is daarom dat literatuur zo belangrijk is — maar dat terzijde).

De politiek heeft zich sinds de jaren negentig, sinds Thatcher en Reagan, massaal bekend tot die volgens Fukuyama enig overgebleven ideologie: het liberalisme en zijn meer extreme vorm: het neoliberalisme. De politiek gaf het op om na te denken over de fundamenten van de gewenste samenleving, maar beperkte zich tot een pragmatiek binnen een ideologisch paradigma dat door niemand meer betwijfeld leek te worden. De hele Europese Unie is daar op gebouwd. Het is nu al enige tijd duidelijk dat dat verhaal voor velen heeft afgedaan, dat het hen geen onderdak meer biedt, maar hen eerder juist van een dak boven het hoofd berooft. Uit naam van de vrijheid, cynisch genoeg, een vrijheid die het overgrote deel van de bevolking niet als zodanig ervaart, die ook allang in zijn tegendeel is veranderd, zich heeft herschreven tot ‘het recht van de sterkste’.

Politiek behoort een gevecht te zijn om ‘het juiste verhaal’. Het nu imploderende politieke midden heeft de afgelopen decennia net gedaan alsof dat verhaal nu wel vaststond (geloofde dus dat ‘het einde van de geschiedenis’ in 1989 daadwerkelijk een feit was). Het verklaart de aantrekkelijkheid van de partijen die een ander verhaal in de aanbieding hebben. Het lijkt misschien vreemd om te zeggen: maar juist zij zijn de enige die op dit moment werkelijk aan politiek doen; het traditionele politieke midden doet daarentegen aan antipolitiek, aan op zijn best rentmeesterschap over een werkelijkheid die niet wordt betwijfeld. Elke democratisch gemotiveerde kritiek op zijn uitgangspunten wordt afgedaan als ‘onrealistisch’. Veel politieke partijen, van traditioneel links tot traditioneel rechts, hebben lange tijd in de greep van dat allesverlammende denken gezeten, zodat ook de burger in het kieshokje het gevoel kreeg dat het eigenlijk om het even was waarvoor hij of zij stemde: traditioneel links, traditioneel rechts, groen, rood, blauw of oranje.

Dat partijen als Forum voor Democratie het met onze vrijheid, en uiteindelijk met onze democratie niet goed voorhebben, kan iedereen zien die zich even in hun partijprogramma’s verdiept. Maar de bittere ironie is dat dit soort partijen op dit moment het beste in staat lijkt te zijn om burgers het gevoel te geven dat ze nog voor of tegen iets kunnen kiezen. En ze zijn succesvoller dan hun eveneens nog politiek werkzame tegenpolen aan de verre linkerkant van het politieke spectrum: de nieuwe, andere werkelijkheid van wat in de pers steevast extreem links heet, vraagt immers een wérkelijke paradigmawisseling; de uitkomst daarvan is onzeker, want onbekend. Terwijl de werkelijkheid van extreem rechts een terugkeer belooft naar iets wat voor de vernietigende werking van het neoliberale gedachtengoed bestaan zou hebben: de utopie van een verheerlijkt, maar daardoor natuurlijk vals voorgesteld verleden.

Eén ding staat vast: er gaan dingen veranderen. Ik ben geen optimist, al geven de klimaatacties van nog niet stemgerechtigde jongeren overal in de wereld me wel hoop. Maar naast de hoop is er altijd de vrees, aangewakkerd door enig historisch besef. We hebben verhalen nodig, altijd, verschillende verhalen die telkens opnieuw de werkelijkheid definiëren en herdefiniëren. Maar we zitten blijkbaar ook zo in elkaar dat we van één verhaal eendimensionale werkelijkheid willen maken. In die neiging schuilt nog steeds de God waarmee we afgerekend dachten te hebben, een zich verabsoluterende grootheid die alles aan zich ondergeschikt maakt.

 

 

 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s